28 b Jezus nam Petrus, Johannes en Jacobus mee naar een berg om te bidden. 29 Tijdens het bidden veranderde Zijn aangezicht, en Zijn kleding werd stralend wit. 30 En zie, twee mannen spraken met Hem, het waren Mozes en Elia. 31 Zij werden nu in Heerlijkheid gezien en zij spraken over Zijn uittocht die Hij moest volbrengen in Jeruzalem 

 32 Petrus en degenen die bij hem waren werden met slaap bezwaard, maar geheel te zijn ontwaakt zagen zij Zijn Heerlijkheid, en de twee mannen die bij Hem stonden. 33 En het gebeurde toen zij van hen gingen scheiden, Petrus tot Jezus zei: Meester, het is goed dat wij hier zijn, laten wij drie loofhutten bouwen, één voor U, één voor Mozes en één voor Elia, maar hij wist echter niet wat hij zei. 34 Toen hij dit had gezegd, kwam er een wolk die hen overschaduwde, en zij weren bevreesd toen zij binnengingen in de wolk. 35 En er kwam een stem uit de wolk, die zei: Deze is Mij Geliefde Uitverkorene Zoon, gehoorzaam Hem. 36 Tijdens deze Woorden was Jezus alleen, en zij zwegen, en niemand vertelde in die dagen iets over wat zij gezien hadden.

  Homilie

Petrus wilde drie loofhutten bouwen dit doet me denken aan het feest Soekot (Sukkot) of  Loofhuttenfeest, het is een Joods feest dat zeven dagen duurt, en waarbij herdacht wordt, dat de Joden veertig jaren lang in hutten in de woestijn  rondzwierven. Soekot is een vreugdevol feest. De periode in de woestijn lag tussen de uittocht uit Egypte, die met Pesach wordt gevierd, en de intocht in het beloofde land.

 Petrus wilde de Verheerlijking van Jezus vasthouden en voorkomen dat Jezus naar Jeruzalem zou gaan om daar te lijden en te sterven aan het Kruis.

Maar hij wist niet wat hij zei omdat hij geestelijk nog niet wakker was. Hij was nog niet geestelijk klaar om te accepteren dat zij wel degelijk naar Jeruzalem moesten gaan. En bovendien was Jezus al begonnen aan Zijn woestijntocht en het daar behorende lijden en sterven, Zijn Pesach begin op de berg Golgotha (Calvarie) want daar opende Hij de Hemelpoort naar het Beloofde Land voor ons en op een berg in Galilea steeg Hij op naar Zijn Vader.

Zijn dood is Zijn exodus, Zijn uittocht uit het Egypte van deze wereld, Zijn bevrijding uit het diensthuis. De Hemelvaart van Jezus was ook Zijn heengaan van de aarde naar de hemel. Deze exodus moest Hij volbrengen, want aldus was het besloten en gezegd door God in de Thora en de Profeten.

Er kwam  een wolk over hen doen Petrus loofhutten wilde bouwen om duidelijk te maken dat het daar niet omging maar dat zij de Geliefde en Uitverkorene Zoon moesten gehoorzamen.

Zij waren zeer bevreesd, toen zij in die wolk ingingen. De wolk was een teken van Gods bijzondere tegenwoordigheid. Maar niemand hoeft bevreesd te zijn om de wolk in te gaan, want zoals Petrus en de andere gestrekt en geleid werden in de Waarheid in deze wolk, zo worden wij ook gesterkt en geleid in de wolk als wij samen met Jezus de wolk binnengaat die ons overschaduwd, want Hij brengt ieder van ons  veilig door de wolk heen op weg naar ons Pasen.

 Toch wil ik nog verder gaan op de betekenis van deze Gedaanteverandering.

Het is opmerkelijk dat God grote manifestaties van verheerlijking graag op een berg laat plaatsvinden. Hij heeft dit in Jezus gedaan op de berg van Calvarie, Hij deed dit al meermaals in Maria waar Zij op bergen verschijnt, en Hij deed het eveneens op de Thabor.

Een hoge berg symboliseert de aanraking met de Hemel op een plaats die ver van het wereldse verwijderd is. Daar heerst stilte, en zijn de tekenen van menselijke aanwezigheid schaars, zodat het hart zich gemakkelijker opent voor het Goddelijke. De hoge berg staat eveneens symbool voor de overwinning van de ziel op het eigen “ik”.

 Wanneer Jezus de drie apostelen met Zich meeneemt naar de top van de Thabor, is het alsof Hij hen wil tonen dat de ziel zich slechts kan verheffen ten koste van inspanningen, die een overwinning op het lichamelijke vergen. Op de top vertoont Hij Zich aan hen in een verheerlijkte Gedaante. Jezus belichaamt hier de verheerlijkte, volkomen heilige ziel, die straalt alsof zij zelfs geen stoffelijk lichaam zou bezitten. Korte tijd nadat Hij de apostelen Zijn Lijden, Dood en Opstanding heeft verkondigd, geeft Hij hen hier het bewijs van het verheerlijkt Wezen van de Messias.

 Bij Jezus verschijnen Mozes en Elia. Deze twee figuren zijn niet door louter toeval bij dit gebeuren betrokken:

 Mozes is diegene die van God de Tien Geboden had ontvangen. Hij symboliseert dus Gods Wet. Hij is ook een symbool voor bevrijding, want hij leidde de joden weg uit Egypte, waar zij zeer lang in slavernij hadden geleefd. Terwijl Mozes het godsvolk had bevrijd naar het lichaam, staat Jezus Christus hier op de Thabor als Diegene, die als God-Mens gezonden is als de grote Bevrijder op het niveau van de ziel.

 Elia is voor het godsvolk de grote profeet die op de laatste dag van zijn leven op aarde met een vurige wagen en vurige paarden naar de Hemel is meegenomen. Wij zouden het zo kunnen zien, dat hij in het Vuur van Gods Liefde en Gods Waarheid is opgenomen in de Heerlijkheid. Hij symboliseert de Profeten.

 Bekijken wij dus de hele symboliek van de tegenwoordigheid van deze beide figuren uit het Oud Verbond:

 Mozes en Elia vertegenwoordigen samen “wet en profeten”. Bedenken wij daarbij dat Jezus, wanneer Hij naar het geheel van Gods Waarheid verwees, placht te zeggen: “Dat is wet en profeten”.

 In Mozes en Elia leggen hier twee grote vertegenwoordigers van Gods Waarheid en van de Ware Liefde getuigenis af van de Christus als de belichaming van de Goddelijke Liefde en Waarheid, en van de Bevrijding of Verlossing. In zekere zin beelden deze beide zielen hier datgene uit, wat door Jezus in absolute volmaaktheid wordt belichaamd.

 

In Mozes en Elia worden aan de ogen van de naaste volgelingen van Christus dus ook de Waarheid, de Liefde en de Verlossing vertoond als Goddelijke Mysteries, als elementen van Gods Heerlijkheid. God Zelf bekroont hier hoorbaar de verheerlijking van Jezus door de woorden te laten weerklinken:

“Dit is Mijn uitverkoren Zoon, luister naar Hem”.

 Opmerkelijk is, dat al bij het Doopsel van Jezus in de Jordaan, vóór het begin van Zijn Openbaar Leven, de Eeuwige Vader naar de Goddelijkheid van Jezus als Zijn Zoon had verwezen. Op de Thabor, korte tijd vóór het grote Lijden waardoor de aardse Missie van Jezus zal worden bekroond, herhaalt Hij dit.

 Dit is een groot ogenblik, want in feite zegt de Eeuwige Vader hier tot diegenen, die spoedig tot de allereerste priesters van de enige ware Kerk zullen behoren: “Hier zijn wel wet en profeten vertegenwoordigd, maar van belang is voortaan de Christus, naar Hem moeten de zielen luisteren om naar hun eigen verheerlijking te groeien”. Hier wordt als het ware het Nieuw en eeuwig geldig Verbond al zichtbaar en hoorbaar boven het Oud Verbond gesteld.

 In de verheerlijking op de berg Thabor stelt God de zielen een essentieel teken: Jezus Christus is de voltooiing van de Wet. Hij is niet gekomen om de Wet op te heffen, doch om de vervulling ervan te brengen. Hij is het, die het Oud Verbond, dat is vervallen tot de voltrekking van ontzielde ceremonieën, een totaal nieuwe inhoud komt geven en die de zielen komt leren dat het accent binnen Gods Heilsplan nu voorgoed wordt verschoven: Van de zielen wordt voortaan verwacht dat zij door navolging van de Christus hun verheerlijking verwezenlijken, en dat zij hun heiliging zelf inhoud geven door de weg van het lijden, van de zelfoverwinning en van de onthechting niet te schuwen.

 Jezus als bekroning van Gods Wet, van Gods Waarheid, van Gods Liefde, van de Verlossing, van de vergeestelijking, is op de berg Thabor Gods levend Teken voor de belofte van de Verheerlijking als vrucht van:

 - volmaakte gehoorzaamheid (de Wet)

 - volkomen toepassing van Gods woorden en onderrichtingen (de Waarheid)

 - Ware Liefde

- aanvaarde en opgeofferde beproevingen en kruisen (de Verlossing)

- overwinning op de eigen stoffelijkheid (vergeestelijking)

 Dit alles wordt de zielen in feite op twee bergen getoond: Op de eerste (de Thabor) toont God hen de vrucht zoals deze in het Paradijs werkelijkheid zal zijn, op de tweede (Calvarie) zal Hij hen de gouden weg naar deze verheerlijking tonen. Thabor en Calvarie brengen samen de eenheid tussen lijden en heiligheid tot uitdrukking. De bekroning van het christen-zijn en de vervulling van Gods Wet liggen volledig geborgen in de bovenvermelde punten.

 Niet toevallig vormen zij de kern van de wegwijzers die God de zielen in de Laatste Tijden laat toekomen in de Mariaverschijningen.

Maak jouw eigen website met JouwWeb